
Beweging heeft meer effect dan 'brain-training'
Een gegeven waar ontwerpers goed mee aan de slag kunnen!
"Brain training: train je brein in enkele minuten per dag!"
"Blijf scherp, verbeter je concentratie en coginitieve vaardigheden!"
"Mentale fitness: voorkom of vertraag dementie met geheugentraining..."

Er zijn talloze commerciële spelletjes of 'trainingen' in omloop die claimen Alzheimer te voorkomen en hersenprestaties te verbeteren. In advertenties worden wetenschappelijke onderzoeken genoemd die spectaculaire resultaten beloven. Helaas zijn die claims onjuist: er is geen aantoonbaar verschil tussen de geheugencapaciteit van mensen die hersentrainingen volgen (of kruiswoordraadsels en sudoku's doen), en mensen die zich daar niet mee bezig houden.
Hoogleraren Neil Charness en Walter Boot van de Florida State University publiceerden in 2016 hun onderzoeksresultaten: 'Do "brain-training"-programs work?' Het antwoord was heel kort samengevat: nee.
Hersenprocessen zijn zó gecompliceerd, en bevatten zó veel gecombineerde informatie, dat verschillende taken weinig overlap vertonen, en dus ook nauwelijks positieve effecten kunnen delen. Oftewel: mensen die een bepaalde activiteit trainen, worden experts op dat gebied, maar de vaardigheden die daarbij horen zijn zó specifiek, dat die niet van pas komen bij andere activiteiten - Als je veel kruiswoordpuzzels maakt, word je steeds beter in het oplossen van kruiswoordraadsels, maar het zal je zeker niet helpen om een routebeschrijving beter te onthouden of je sleutels niet meer te vergeten...
ONDANKS DAT ZIJN ER ZEKER WEL POSITIEVE BERICHTEN TE MELDEN:
1) Bovenstaande neemt natuurlijk niet weg, dat het geen kwaad kan om denkspelletjes te spelen; te bridgen, schaken of rummicubben. Als je daar plezier in hebt, stimuleert het je om actief te blijven op dat gebied, en bijkomende voordelen van spelletjes in een sociale context spreken voor zich. Maar ook lekker zelf puzzelen of lezen geeft je een gevoel van voldoening en reflectie.
2) Inzicht in de aantastingsprocessen in het brein ten gevolge van ouderdom leert, dat het afbreken van neurale verbindingen in de hersenen (in het kort gezegd is dat waar dementie op neerkomt) nu eenmaal onherroepelijk is, en progressief.
Echter: Het brein blijft desalniettemin tot de dood in ontwikkeling, en is in staat om nieuwe, alternatieve verbindingen tussen neuronen te creëren. Dat wil (heel simplistisch samengevat) zeggen, dat er nieuwe 'omwegen' kunnen worden aangemaakt. Op die manier is te verklaren dat iemand, ook als hij getroffen is door dementie, zich tóch kan blijven aanpassen; kan wennen aan nieuwe handelingen, ritmes of omgevingen.
Dit bewijs voor een lerend vermogen, ook bij dementerende ouderen, geeft aanleiding voor hoopgevende studies die van dit vermogen gebruik maken, om ouderen te helpen bij het leren van nieuwe handelingen of vaardigheden, zoals koffiezetten voor medebewoners, of de weg vinden in het verzorgingshuis.
Veel meer hierover is te vinden op de website www.opnieuwgeleerdoudgedaan.nl
3) Het effect van 'hersengymnastiek' mag dan niet bewezen zijn, een overtuigend bewezen feit is dat lichamelijke beweging wél positieve invloed heeft op de vertraging van het verouderingsproces van de hersenen. Een betere lichamelijke conditie werkt door in de conditie van de hersenen (neuroplasticiteit) en van de bloedvaten - door beter functioneren van de longen, betere weerstand tegen schadelijke invloeden van buitenaf, maar ook door mentale stimulering, zoals oog-handcoördinatie, evenwichtsgevoel en ruimtelijke oriëntatie.
Dr. Alan Gow, professor psychologie aan de Heriot-Watt University in Edinburgh, is gespecialiseerd in de invloed van leefstijl en sociale factoren op gezonder en gelukkiger ouder worden. In het artikel op de website van de universiteit van Edinburgh: 'Exercise the body to keep the brain healthy' legt hij hier meer over uit.
Meer over bewegingsstimulering is te lezen in het artikel 'Bewegen is veel meer dan alleen lopen'.